Op 12 juni hielden de ministers van Onderwijs en Cultuur van Vlaanderen en Nederland hun halfjaarlijkse bijeenkomst in de kantoren van de Taalunie in Den Haag. Tijdens deze bijeenkomsten beslissen de ministers over het Nederlands taalbeleid, de Vlaams-Nederlandse culturele samenwerking en de Nederlands-Vlaamse Accreditatieorganisatie.
Minister Gatz (Cultuur), Minister Crevits (Onderwijs) en de Nederlandse minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap, Jetje Bussemaker waren te gast bij de Nederlandse Taalunie waar de nieuwe Algemeen secretaris Hans Bennis zijn toekomstplannen en het rapport “Staat van het Nederlands” voorstelde.
De Taalunie is een grensoverschrijdende beleidsorganisatie die via een integraal taalbeleid ervoor zorgt dat het Nederlands een volwaardige taal blijft. Dit in opdracht van de Nederlandse, Vlaamse en Surinaamse overheid. Met Aruba, Curaçao en Sint-Maarten, waar het Nederlands ook een officiële taal is, zijn er samenwerkingsovereenkomsten. De Vlaamse afgevaardigde in Nederland, Axel Buyse, treedt op als waarnemer bij de Nederlandse Taalunie en waakt over de synergie tussen het beleid van de Taalunie en van dat van de ruimere Vlaams-Nederlandse samenwerking.